geschapen
geschapen - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van scheppen Woordherkomst voltooid deelwoord van scheppen en een klinkerwisseling e-a (IPAː /ɛ/ - /a/) Verwante begrippen geschept
Wiktionary (2019)
geschapen - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van scheppen Woordherkomst voltooid deelwoord van scheppen en een klinkerwisseling e-a (IPAː /ɛ/ - /a/) Verwante begrippen geschept
Hans Heestermans (1977)
geschapen - groot -, klein -, smal zijn, een groot, klein (v. d. man), resp. nauw (v. d. vrouw) geslachtsdeel hebben.
M. J. Koenen's (1937)
bn. (1 zó gesteld, als de bepaling uitdrukt; 2 berekend voor; bestemd tot); 1. zo staat het met die zaak geschapen; 2. geschapen voor militair.
Jozef Verschueren (1930)
(gə'scha:pən) bn. 1. verl. deelw. van scheppen. 2. geschikt: voor militair -. 3. gesteld : zo staat het met die zaak -.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
bn., 1. in een zekere gesteldheid verkerend: de zaak staat zo —, het is zo met de zaak gesteld: 2. voor iets zijn, door natuurlijke aanleg er bijzonder voor geschikt; 3. (volkstaal) klein, zwaar zijn, een klein, groot geslachtsdeel hebben.
J.H. van Dale (1898)
GESCHAPEN, bn. in eene zekere gesteldheid verkeerende de zaak staat zoo geschapen, het is zoo met de zaak gesteld; — met de groote menigte is het gansch anders geschapen, heel anders gesteld.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: