Wat is de betekenis van Gemalin?

2025-07-16
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

gemalin

eggenote, vrou.

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

gemalin

v. gemalinnen (in hogere kringen: gade, echtgenote).

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gemalin

(gəma'lin) v. (-nen) echtgenote inz. van vorsten : de koning en zijn -.

2025-07-16
Etymologisch Woordenboek

Instituut voor de Nederlandse taal

gemalin

gemalin geleed woord Zie: gemaal 2

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gemalin

GEMALIN, v. (-nen), gade, echtgenoote (inz. van hooggeplaatste personen).

2025-07-16
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Gemalin

Gemalin, v. (-nen), vrouw, echtgenoot.

2025-07-16
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-16
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-16
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)