Wat is de betekenis van geluksdag?

2024-04-27
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

geluksdag

Het begrip geluksdag heeft 2 verschillende betekenissen: 1) dag die men als gelukbrengend beschouwt. dag waarvan men verwacht dat hij geluk aanbrengt; dag die men als gelukbrengend beschouwt. 2) dag waarop iemand iets gelukkigs overkomt. dag waarop iemand iets gelukkigs overkomt; dag waarop iemand geluk ten deel valt.

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

geluksdag

geluksdag - zelfstandig naamwoord uitspraak: ge-luks-dag 1. dag die geluk brengt ♢ het is vandaag mijn geluksdag, ik won 1000 euro! Zelfstandig naamwoord: ge-luks-dag de geluksdag de gel...

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

geluksdag

m. -dagen (dag, die, naar men meent, geluk aanbrengt): Woensdag is voor hem een geluksdag.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

geluksdag

m. (-en) dag die geluk aanbrengt.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

geluksdag

m. (-en), 1. dag die naar men meent geluk aanbrengt; 2. dag waarop iemand een geluk, iets gelukkigs ten deel valt.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten