Wat is de betekenis van Gelukkigerwijs?

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gelukkigerwijs

(gəlukkəgər'wijs), gelukkigerwijze bw. gelukkig (II).

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gelukkigerwijs

GELUKKIGERWIJS, ...WIJZE, bw. (van omstandigheid), gelukkig, bij geluk: gelukkigerwijze was ik juist voor de onweersbui thuis.