Wat is de betekenis van gejammer?

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gejammer

gejammer - Zelfstandignaamwoord 1. het voortdurend jammeren Woordherkomst Naamwoord van handeling van jammeren met het voorvoegsel ge-

2024-04-30
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

gejammer

gejammer - zelfstandig naamwoord uitspraak: ge-jam-mer 1. het maken van klagende, huilende geluiden ♢ hou nu maar eens op met dat gejammer! Zelfstandig naamwoord: ge-jam-mer het gejammer

2024-04-30
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

gejammer

bitter geweeklaag.

2024-04-30
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

gejammer

o. (het telkens en aanhoudend jammeren; bitter geweeklaag): wat een gejammer!

2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

gejammer

o. het aanhoudend jammeren: het der gewonde soldaten.

2024-04-30
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Gejammer

GEJAMMER, o. het telkens of aanhoudend jammeren, bitter geweeklaag.