Wat is de betekenis van Gedagis?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

gedagis

(1906) (Barg.) inlichting; waarschuwing: 'iemand de gedagis geven'. • Gedagis, iemand de gedagis ingeven. (Iemand de les lezen, hem inlichten of waarschuwen). (Köster Henke: De boeventaal. 1906) • Heeft Alfred zich mesjokke laten maken, nog al een kunsjt zoo'n man het gedaages in te sjmoezen. (Maurits Dekker:...

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

gedagis

gedagis - Zelfstandignaamwoord 1. (Jiddisch-Hebreeuws) inlichting, waarschuwing; in 'iemand de gedagis ingeven': iemand de les lezen of waarschuwen Woordherkomst Herkomst: Bargoens Verwante begrippen Jiddisj: kedaaches

2024-04-29
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Gedagis

iemand de - ingeven Bargoens voor ‘iemand de les lezen; iemand inlichten of waarschuwen’. Al bij Koster Henke. Gedagisis afgeleid van Jiddisch gadagat‘koorts’, dat dan weer terug te voeren is tot Hebreeuws gadda- hath(idem).

2024-04-29
Woordenboekje Nederlandse Jiddisch

H. Beem (1975)

Gedagis

barg, inlichting, waarschuwing; met afwijkende betekenis van Jiddisch kedaaches zie aldaar.

2024-04-29
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Gedagis

(Barg.) inlichting, waarschuwing; iemand de gedagis ingeven: iemand de les lezen, waarschuwen.

2024-04-29
Boevenjargon

Professor Henry Roskam (1949)

gedagis

iemand de gedagis ingeven, iemand de les lezen, hem inlichten of waarschuwen.

2024-04-29
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

gedagis

gedagis - v., (argot) inlichting, waarschuwing ; „iemand de gedagis ingeven” : iemand de les lezen, waarschuwen.

Gerelateerde zoekopdrachten