Wat is de betekenis van Friese?

2024-04-28
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Friese

vrouw uit Friesland. vrouw die woont in de provincie Friesland; vrouw die afkomstig is uit Friesland; Friezin. Voorbeelden: Bij de vrouwen werd Gunda Niemann voor de zevende keer Europees kampioene bij de allround-schaatssters [...]. De Nederlandse Annamarie Thomas legde in het eindklassement beslag op de tweede plaats. De derde plaa...

2024-04-28
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Friese

Variant van Fries.

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

Friese

Friese - Zelfstandignaamwoord 1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Friesland, of een vrouw afkomstig uit Friesland Friese - Bijvoeglijk naamwoord 1. verbogen vorm van de stellende trap van Fries Woordherkomst Afgeleid van Fries met het achtervoegsel -e Synoniemen Friezin

2024-04-28
Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Friese

m/v Variant van Fries. Als vr. naam vooral Fri., als m. naam vooral Gron.

2024-04-28
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Friese

Fries.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

Friese

v. -n; zie Friezin.

2024-04-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Friesé

Friesé - halfzijden stof. Ketting; katoen; inslag: kunstzijden effectgaren, event. kunstzijde en katoen. De bovenzijde van de stof is fijn gekroesd. Vgl. → Frisé.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Friese

v. (-n), Friezin.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)