fluctuerende variabiliteit
(L., fluctuare = golven; variabilis = veranderlijk), verschillen in grootte, vorm, kleur, enz., tussen nakomelingen van homozygote ouders of zelf bestoven planten, die te beschouwen zijn als reactie op uitwendige omstandigheden, (voeding van embryo’s; water, voedsel en licht voor planten). Er treedt geen bastaardsplitsing op.