flanken
flanken - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord flank
Jan Luitzen (2008)
(onov ww; flankte; h. geflankt) TU - oefening op voltigepaard (en balk) waarbij de turner met tweebenige bewegingen zijn lichaam van de ene zijde van de romp van het toestel naar de andere zwaait, afwisselend steunend op de linker- en de rechterhand, al dan niet de steunen van het voltigepaard vastpakkend
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Flanken - gymnastische oefening, waarbij een zwaai of sprong over een toestel wordt uitgevoerd zoodanig, dat gedurende het zweven de linker- of rechterzijde van het lichaam naar de bovenzijde van het toestel is gekeerd.
J.H. van Dale (1898)
FLANKEN, (flankte, heeft geflankt), (gew.) in de flank staan, een harmonisch geheel vormen (van gelijksoortige voorwerpen die tegenover elkaar geplaatst zijn): die schaaltjes flanken niet.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: