Wat is de betekenis van fijntjes?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

fijntjes

fijntjes - Bijwoord 1. heel netjes, heel keurig en vaak veel te netjes of veel te keurig U maakt veel fouten in uw Nederlands, merkte hij fijntjes op. Woordherkomst Afgeleid van fijn met het achtervoegsel -tjes

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

fijntjes

fijntjes - 1. slim en een beetje spottend ♢ hij glimlachte fijntjes

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Fijntjes

adv., fyntsjes.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Fijntjes

I. bw., 1. op een fijne wijze : fijntjes geplooid; dat is fijntjes gedaan, keurig, netjes; fijntjes lachen, de zaak juist doorziend; 2. doordringend: ’f is fijntjes houd: II. bn., nogal tenger en teer.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

fijntjes

I. bw. (1 netjes, keurig, aardig, zoals ‘t hoort; 2 met veel gevoel voor onderscheidingen; 3 op nog al slimme wijze; 4 met kleine, dunne, smalle [onder]delen): 1. het fijntjes winnen. 2. het fijntjes opmerken; 3. iem. fijntjes beetnemen; 4. fijntjes geplooid. II. bn.: fijntjes als een nufje was ze.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

fijntjes

('fijntjəs) bw. 1. keurig, netjes : geplooid; met een uitgestreken gezicht. 2. aardig, lekker : iemand beetnemen; het winnen. 3. met veel gevoel voor onderscheidingen : een auteur verklaren.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

fijntjes

I. bw., 1. op een fijne wijze: — geplooid; dat is — gedaan, keurig, netjes; (oneig.) — lachen, de zaak juist doorziend; 2. op fijne, slimme wijze: ze hebben hem — beetgenomen; 3. doordringend: het is — koud; II. bn., nogal tenger en teer.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Fijntjes

FIJNTJES, bw. op eene fijne wijze dat is fijntjes gedaan; fijntjes knijpen; doordringend ;’t is fijntjes

Gerelateerde zoekopdrachten