Fidibus
(Hd.-Lat.), m. (-sen), opgerolde of gevouwen strook papier om een pijp of sigaar aan te steken.
Van Dale Uitgevers (1950)
(Hd.-Lat.), m. (-sen), opgerolde of gevouwen strook papier om een pijp of sigaar aan te steken.
Marc De Coster (2020-2025)
(19e eeuw) (< Dui.) (stud.) strook papier waarmee een pijp wordt aangestoken. Wellicht een samensmelting van “Fidelibus fratribus”, d.i. aan de trouwe broeders - oorspronkelijk een uitnodiging aan een gezelschap van tabaksrokers, waarvan het papier achteraf gebruikt werd om de pijpen aan te steken. • Ten tijde toen het tabakrook...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Marc De Coster (2017)
Fidibus - strook papier waarmee een pijp wordt aangestoken. Wellicht een samensmelting van Fidelibus fratribus, d.i. aan de trouwe broeders - oorspronkelijk een uitnodiging aan een gezelschap van tabaksrokers, waarvan het papier achteraf gebruikt werd om de pijpen aan te steken. Ontleend aan de Duitse studententaal.
Winkler Prins (1949)
(Lat.), opgevouwen papierstrook)e, dat vóór het algemeen gebruik der lucifers gebezigd werd voor het aansteken van de pijp.
M. J. Koenen's (1937)
m. fidibussen (Duits studentenwoord: Lat. opgerold strookje papier, om de pijp aan te steken); vero. of gew.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: