Wat is de betekenis van Fault?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Fault

(Eng.), bw., (sport) mis, 't is een misslag.

2025-07-16
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Fault

[Eng., van OFr. faut(e), van VLat. fallita, van Lat. fallere = misleiden] I. zn (bij tennis) verkeerde slag, misser; II. bn fout.

2025-07-16
Woordenboek automatisering

Henk Biemond (1985)

Fault

Storing Een toestand, die tot gevolg heeft dat een eenheid, een onderdeel of een element niet naar behoren kan werken, bijvoorbeeld door kortsluiting, draadbreuk of een los contact.

2025-07-16
ABC van de Tennissport

De Bie (1974)

Fault

Fout.

2025-07-16
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Fault

Engelse sportterm: misslag

2025-07-16
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

fault

fout, feil, schuld; gebrek; defect, storing; find fault, aanmerking(en) maken, vitten (op with); be at fault, 1. het spoor bijster zijn; er naast zijn; niet in orde zijn; 2. ook = be in fault, schuldig zijn; schuld hebben; kind & to a fault, overdreven (al te) goed.

2025-07-16
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

fault

(foot) (Eng.) fout; sp. mis, verkeerd.

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Fault

FAULT, bw. (Eng) (sport) mis, ’t is een misslag.