Wat is de betekenis van familieband?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

familieband

familieband - Zelfstandignaamwoord 1. de hechtheid van familierelaties In de westerse wereld zijn familiebanden losser dan vroeger. Trump heeft een ‘Blind Trust’ in gedachten voor zijn kinderen. Alleen al gezien de familieband is dat geen houdbare opzet,...

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Familieband

FAMILIEBAND, m. den familieband voelen, gevoelen dat men tot ééne familie behoort; ...BERICHTEN, o. mv. (in de krant); ...BESCHEIDEN, o. mv. familiepapieren; ...BETREKKING, v. (-en), bloedverwantschap; zijne familiebetrekkingen, bloed! verwanten.