eventjes
eventjes - Bijwoord 1. in weinig tijd of met weinig inspanning ♢ - Ik heb eventjes het raam opengezet. ♢ - Nederlands leren doe je niet zomaar er eventjes tussendoor. 2. amper ♢ Zij was eventjes 18 jaar oud....
Wiktionary (2019)
eventjes - Bijwoord 1. in weinig tijd of met weinig inspanning ♢ - Ik heb eventjes het raam opengezet. ♢ - Nederlands leren doe je niet zomaar er eventjes tussendoor. 2. amper ♢ Zij was eventjes 18 jaar oud....
Muiswerk Educatief (2017)
eventjes - bijwoord uitspraak: e-ven-tjes 1. korte tijd ♢ ik ben eventjes weg hoor! Bijwoord: e-ven-tjes
Van Dale Uitgevers (1950)
bw., 1. ternauwernood, amper: eventjes aanraken. 2. een korte tijd: hij is eventjes hier geweest; wacht eventjes. 3. ter aanduiding dat een handeling weinig tijd in beslag neemt: laat mij dat nu eventjes doen.
M. J. Koenen's (1937)
bw. (1 ter nauwernood; amper; 2 een ogenblik): 1. eventjes 17 jaar; 2. wacht eventjes.
Jozef Verschueren (1930)
('e:vәntjәs) bw. 1. amper, ternauwernood: genoeg om niet van honger te sterven. 2. een ogenblik: wacht -.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: