Euptélea polyándra SIEB. et zucc
Japan;15 m. Meestal hoge struik, met rood-bruine twijgen en glanzend-bruingeschubdeeindknoppen. Bladeren 6-12 cm lang, eirond, bovenzijde iets glanzend donkergroen, kaal, onderzijde lichtgroen, langs de nerven blijvend behaard, top spits of toegespitst, bladvoet zwak afgerond of breed-wigvormig, bladrand grooten ongelijk getand; bladsteel 2-5 cm la...