Wat is de betekenis van Einstein?

1. (1991) (jeugd) vrouwelijk schaamhaar. • (C.A.J. Hoppenbrouwers: Jongerentaal: de tipparade van de omgangstaal. 1991) 2. (jeugd) studiehoofd of voor iemand die er geleerd uitziet. Soms ook voor een betweter. Refereert aan de wetenschapper Albert Einstein (1878-1955). • Een tekenaar uit Schiedam reist al jaren met de ber...

einstein - Zelfstandignaamwoord 1. (natuurkunde), (eenheid) een mol fotonen. Woordherkomst Vernoemd naar Albert Einstein Verwante begrippen foton

eenheid voor de energie van een mol fotonen, te berekenen door de energie van een enkel foton te vermenigvuldigen met het getal van Avogadro (6,0236 × 10⁻²³ mol⁻¹).

Albert (1879 - 1955) Geleerden over de gehele wereld vinden steeds meer bewijzen voor de revolutionaire en bijzonder ingewikkelde stellingen van Albert Einstein. Met deze stellingen heeft Einstein geprobeerd het hoe en het waarom van het heelal uit te leggen; directe resultaten ervan zijn uitvindingen als de televisie en de atoombom. Einstein werd...

1° Albert, beroemd Duitsch physicus; * 14 Maart 1879 te Ulm (Donau). Hij promoveerde in 1905 te Zürich. In hetzelfde jaar legde hij door zijn verhandeling „Zur Elektrodynamik bewegter Körper” den grondslag voor de zgn. bijzondere relativiteitstheorie. Kort daarop werd hij privaatdocent te Bern en daarna buitengewoon hoogle...

('ainsjtain) (Albert) Duits natuurkundige, ° 1879 te Ulm, was professor aan de universiteit te Berlijn, † 1955 in de V. St.; grondlegger van de relativiteitsteorie. Nobelprijs voor natuurkunde 1921.