Wat is de betekenis van echoën?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

echoën

echoën - Werkwoord 1. absoluut het opnieuw hoorbaar zijn van een geluid door weerkaatsing van de geluidsgolven Deze put echoot.

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

echoën

echoën - regelmatig werkwoord uitspraak: e-cho-en 1. klinken als een weerkaatsing van het geluid ♢ de roep van de uil echode door het dal 2. hetzelfde zeggen als wat iemand anders zegt ♢ hij ech...

2024-04-29
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Echoën

napraten

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Echoën

(echode, heeft geëchood), als echo klinken, nazeggen; iemands echo zijn.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

echoën

echode, h. geëchood (een echo laten horen; als echo nazeggen): dat zei m’heer X., en m’heer Z. echode het; lees e kort.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

echoën

('echoən) (echode, heeft geëchood) 1. een echo laten horen. 2. nazeggen. 3. iemands echo zijn.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Echoën

(echode, heeft geëchood), als echo klinken; nazeggen.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Echoën

ECHOËN, (echode, heeft geëchood), als echo nazeggen, iemands echo zijn.