Wat is de betekenis van Dwaashoofd?

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dwaashoofd

o. (-en), (thans vooral Zuidn.) dwaas, verdwaasde.

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Dwaashoofd

DWAASHOOFD, m. en v. (-en), dwaas, verdwaasde.

Gerelateerde zoekopdrachten