Wat is de betekenis van Dunheid?

2024-04-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Dunheid

s., tinnens; (van vloeistoffen) flutterigens; (van middel), klienens.

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dunheid

v., het dun-zijn in de versch. bet.: de dunheid van een stof is nog geen bewijs van slechte kwaliteit; de dunheid van het boekje is een voordeel; de dunheid der lucht; de dunheid van zijn betoog.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Dunheid

v., het dunzijn in de verschillende betekenissen: de dunheid van een stof is nog geen bewijs van slechte kwaliteit; de dunheid van het boekje is een voordeel; de dunheid van de lucht; de dunheid van zijn betoog.

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Dunheid

DUNHEID, v. het dun zijn; de dunheid van eene stof is nog geen bewijs van slechte kwaliteit; magerheid, geringe lijvigheid; (fig.) schaarschheid. schrielheid de dunheid van zijn betoog.

Gerelateerde zoekopdrachten