doorvaren
doorvaren - Werkwoord 1. (intr) verder gaan met varen Woordherkomst samenstelling van door en varen
Wiktionary (2019)
doorvaren - Werkwoord 1. (intr) verder gaan met varen Woordherkomst samenstelling van door en varen
Van Dale Uitgevers (1950)
I. (voer door, is en heeft doorgevaren), 1. voortgaan met varen: die boot heeft de hele winter doorgevaren; 2. verder varen; 3. varend zijn weg nemen door, door een opening, een ruimte gaan: we zijn die straat, die zee doorgevaren ; II. (doorvoer', heeft doorva'ren), gaan door, inz. zich door het gehele lichaam voelbaar maken: een hui...
Jozef Verschueren (1930)
I. ('do:r) (voer door, heeft en is doorgevaren) 1. voortgaan met varen 2. er varend doorheen gaan : een zeestraat -. 3. verder varen. II ('va:rən) (doorvoer, heeft doorvaren) door geheel het lichaam zich doen gevoelen: een huivering doorvoer mij.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
I. (voer door, is en heeft doorgevaren), 1. voortgaan met varen: die boot heeft de hele winter doorgevaren; 2. verder varen; 3. varend zijn wegnemen door, door een opening, een ruimte gaan: we zijn dat kanaal, die zee doorgevaren; II. (doorvoer, heeft doorvaren), (Litt. taal) gaan door, m.n. zich door het gehele lichaam voelbaar maken: een huiveri...
J.H. van Dale (1898)
DOORVAREN, (voer door, is en heeft doorgevaren), voortgaan met varen die boot heeft den heelen winter doorgevaren; varend door eene opening, eene ruimte gaan we zijn die straat, die zee doorgevaren; verder varen; —, (doorvoer, heeft doorvaren), zich door ’t geheele lichaam voelbaar maken eene huivering, eene koude rilling doorvoer mij.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: