Wat is de betekenis van doenbaar?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

doenbaar

doenbaar - Bijvoeglijk naamwoord 1. dat het te doen is Ruud Lubbers: „Moeilijke dingen voor elkaar krijgen, consensus bouwen, heeft een grote vormende betekenis. In die zin ben ik ook positiever over de politiek dan mijn voorganger Dries van Agt. Die wordt dan gegrepen door het Palestijnse vraagstuk. Ik heb...

2024-04-26
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

doenbaar

mogelijk, te doen, doenlijk Ik ga proberen om wereldkampioen te worden. Ik heb echt het gevoel dat het doenbaar is. (Het Belang van Limburg) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 5 Vlaamsheid: 6

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Doenbaar

bn., uitvoerbaar, mogelijk: zo iets is niet doenbaar. [Het gewone woord is doenlijk].

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

doenbaar

(’doen) bn. (...bare) doenlijk.

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Doenbaar

DOENBAAR, bn. (w. g.) uitvoerbaar, mogelijk; zoo iets is niet doenbaar.

2024-04-26
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)