Dircē, dirca
ēs, f.; ae, f. 1. gemalin van Lycus, koning te Thebe. 2. de bron Dirce ten N.W. van Thebe in Boeotië; daarv. Diraeus, Dircaeisch, poët. = Thebaans of Boeotisch.
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
ēs, f.; ae, f. 1. gemalin van Lycus, koning te Thebe. 2. de bron Dirce ten N.W. van Thebe in Boeotië; daarv. Diraeus, Dircaeisch, poët. = Thebaans of Boeotisch.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: