diggen
(1960+) (jeugd) (uitgesproken als: dikken) waarderen, aanvoelen. Een voorstander van een geldloze maatschappij werd in de jaren zestig een 'digger' genoemd. Een 'diggershop' was destijds de benaming voor een 'winkel waarvan men de aangeboden goederen en artikelen betrekt tegen 'betaling' van ruilobjecten, tegen...