Dato
Zie Date
Wiktionary (2019)
dato - Bijwoord 1. na dato: na de genoemde datum ♢ 15 jaar na dato wordt er nog steeds over de aanslag op de Twin Towers gesproken alsof het gisteren gebeurd is. 2. de dato: op die dag, d.d. Woordherkomst leenwoord uit het Latijn
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Lat., 6e naamval van datum, z.a.]: de — (afk. d.d. of dd.) van de zoveelste dag der maand, bijv.: uw brief — 12 april; na —, na genoemde dag, bijv.: te betalen binnen 4 weken na —.
A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)
gegeven; geneigd; dato che, aangezien, in aanmerking genomen dat; feit; gegeven grootheid; per dato e fatto, door toedoen van.
Van Dale Uitgevers (1950)
(Lat.), bw., op de vermelde dag : dato 27 Sept. ; —de dato, van de zoveelste der maand (verkort tot dd.); —na dato, na die dag.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: