Dat zullen nog winkeldochters worden.
[Dat wil zeggen: waren, die geen voordeel aanbrengen, die men op zolder kan zetten, en die door den tijd al minder en minder waarde gaan krijgen, ój' omdat ze aan bederf onderhevig zijn, óf omdat er minder vraag naar is. Winkeldochters brengen als koopgoederen geene voordeelen aan].