DAMSLUIS
Sluis op de Fr.-Drentse grens tussen Opsterlandse Compagnonsvaart en Wittewijk.
Van Dale Uitgevers (1950)
v. (...sluizen), 1. sluis in een dam; sluis dienende tot afdamming van enig water om dit te kunnen opstuwen en desgewenst het land te kunnen inunderen.
Jozef Verschueren (1930)
v. (...sluizen) 1. sluis in een dam. 2. sluis tot afdamming van het water dat men wil doen overstromen.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Damsluis, sluis tot afdamming en opstuwing van het water, zooals ze zijn aangebouwd voor militaire inundatiën, b.v. in den Krommen en den Vaartschen Rijn bij Utrecht, zie DAM.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v./m. (-sluizen), 1. sluis in een dam; 2. sluis die dient tot afdamming van enig water om desgewenst het land te kunnen inunderen.
J.H. van Dale (1898)
DAMSLUIS, v. (...sluizen), sluis in een dam; — sluis dienende tot afdamming van eenig water, met het oog om het water te kunnen opstuwen en het land te kunnen inundeeren; — penantsluis.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: