Wat is de betekenis van Dagbroer?

2024-04-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

dagbroer

(18e eeuw, vero.) speculaaspop in de vorm van een hansworst, met de muts in de hand, als om de toeschouwers te groeten (goedendag te wensen). Vandaar ook een soort koek. • Vrijers, vrijsters, schepen, paradijzen, dagbroers, ruiters, rijtuigen, alle meestal van de eerste grootte. (Nicolaas Beets: Camera Obscura. 1840) • Dagbroer, een koek...

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dagbroer

m. (-s), pop van sinterklaas.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

dagbroer

m. -s (sinterklaaspop [voorstellende een hansworst groetend „dag broer”] van speculaas).

2024-04-27
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Dagbroer

Een sinterklaaspop, een groetenden harlekijn voorstellend, waarvan ondersteld wordt, dat hij ,,dag broer!” zegt.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

dagbroer

m. (-s) sinterklaaspop van spekulaas, een „dag broer” groetende harlekijn.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Dagbroer

m. (-s), pop van speculaas in de figuur van een hansworst e.d., met de muts in de hand.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Dagbroer

DAGBROER, m. (-s), pop van sinterklaas.

Gerelateerde zoekopdrachten