Wat is de betekenis van cycloop?

m. (cyclopen), 1. (Gr. mythol.) reus met één rond oog in het midden v. h. voorhoofd; de Cyclopen werden genoemd als smeden van Hephaestus (Vuloanus), bij Homeros als menseneters (Polyphemus). 2. éénoog. 3. zeker klein zoetwaterkreeftje.

eenoog. reus uit de Griekse mythologie die één rond oog in het midden van zijn voorhoofd heeft; eenoog. Voorbeelden: De uitleg die eraan gegeven werd, was dat de cyclopen eigenlijk vredelievende en intelligente mythische wezens waren die de bliksems van Jupiter maakten. Door een of andere journalist, zo zei Goedseels, w...

cycloop - Zelfstandignaamwoord 1. eenogige reus uit de Griekse mythologie Woordherkomst van het Griekse ὤψ (oog) met het voorvoegsel cyclo-

Cycloop -embryo waarvan de ogen met elkaar verbonden zijn.

Mythologische reus met één oog.

monstrum met slechts één oog dat op het voorhoofd in de mediaanlijn gelegen is. Een menselijke cyclopische foetus wordt door bijkomende ernstige afwijkingen van het centrale zenuwstelsel dood geboren. De afwijking is genoemd naar de Cyclopen, mythologische wezens die op drie verschillende wijzen voorgesteld worden. In Homerus’...

Monstrum met slechts één oog midden in het voorhoofd. Hen menselijke cyclopische foetus wordt door bijkomende ernstige afwijkingen van het centrale zenuwstelsel dood geboren. De misvorming is genoemd naar de cyclopen, mythologische wezens, die op drie verschillende wijzen voorgesteld worden. In Homerus’ Odyssee worden ze beschre...

[Gr. Kukloops, van kuklos = kring, wiel, en oops = oog; lett.: wieloog] reus met één groot oog die Odysseus op zijn zwerftocht ontmoette; éénoog; ook woesteling.

éénogige reus; zoetwaterkreeftje