cabriolet
cabriolet - Zelfstandignaamwoord 1. (verkeer) een carrosserievorm van een auto gekenmerkt door een neerklapbaar en opvouwbaar dak ♢ Dit model is ook als cabriolet te verkrijgen.
Wiktionary (2019)
cabriolet - Zelfstandignaamwoord 1. (verkeer) een carrosserievorm van een auto gekenmerkt door een neerklapbaar en opvouwbaar dak ♢ Dit model is ook als cabriolet te verkrijgen.
Muiswerk Educatief (2017)
cabriolet - zelfstandig naamwoord uitspraak: ca-bri-o-let 1. auto met opvouwbaar dak ♢ het is vandaag weer om met onze cabriolet te gaan toeren Zelfstandig naamwoord: ca-bri-o-let de cabriolet
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Fr., van cabriole = capriool, bokkesprong, van Lat. caper, capris = bok] licht tweewielig rijtuig met één paard bespannen, sjees; auto met inklapbaar dak.
drs. L.A. Beeloo (1981)
1. een licht tweewielig wagentje, door één paard getrokken; 2. een auto waarvan het dak geheel kan worden opengeklapt.
Jan Durdik en anderen (1970)
(Fr., naar het lichte rijtuigje aldus genaamd), algemene aanduiding voor de beklede armstoelen met lage, gebogen rugleuning (niet hoger dan 45 cm) uit de tijd van Lodewijk XV, ter onderscheiding van de armstoelen met vlakke rugleuning, de sièges à la Reine. Men spreekt van fauteuil, bergère, marquise a cabriolet.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: