Wat is de betekenis van brugwachter?

iemand die bruggen bedient. iemand die voor zijn beroep draaibruggen of wipbruggen over waterwegen opent en sluit. Voorbeelden: Aanwijzingen en bevelen, gegeven door ambtenaren van de politie of de provincie Zuid of Noord-Holland en brugwachters in het belang van de veiligheid van de vaart of de vrijheid op de vaarweg dienen op straf...

brugwachter - Zelfstandignaamwoord 1. (beroep) beambte die een beweegbare brug bedient Woordherkomst samenstelling van brug en wachter

brugwachter - zelfstandig naamwoord uitspraak: brug-wach-ter 1. ambtenaar die een brug bedient ♢ de brugwachter liet de slagbomen voor de brug neer Zelfstandig naamwoord: brug-wach-ter de brugwachter ...

s., brêgewachter, brêgeman; (bij draaibrug), brêgedraeijer; (bij wipbrug), brêgewipper.

...

m. (-s), beambte die een draai- of wipbrug bedient; spoorwachter voor een brug.

('bruch) m. (-s) bruggewachter.

m. (-s), beambte die een draai- of wipbrug bedient; spoorwachter voor een brug.

Brugwachter - arbeider, belast met het bewegen een er beweegbare brug; de wachter, belast met het seinen-systeem eener lange brug voor enkel spoor.