broer konijn
1) (2010) (wielr.) in de uitdrukking: "ik keek recht in de ogen van broer konijn": met een slecht renner te maken hebben. Herkomst onduidelijk. In de jaren twintig van de twintigste eeuw reisde een pluchen konijn overal mee naaroe met het Nederlandse voetbalelftal. Het was een soort mascotte of geluksbrenger. ‘Broer konijn’ is eigenlijk...