Wat is de betekenis van broekklem?

2024-04-29
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

broekklem

→ broekveer

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

broekklem

('broek) v. (-men) klem om een broekspijp, onder om het been, vast aan te sluiten: fietsers gebruiken -men.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Broekklem

v./m. (-men), 1. klem om de vouw in een broek te houden, als men hem ophangt, broekspanner; 2. metalen veer of klem om bij het fietsen de broekspijp van onderen bijeen te houden zodat deze niet beklemd raakt tussen de ketting.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)