Wat is de betekenis van Boogaard?

2024-04-29
Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Boogaard

Willem Johan; geb. Haarlem 26 oktober 1842, overl. Antwerpen 2 maart 1888. Werkzaam in Haarlem en van 1884 af in Antwerpen (België). Leerling van P. F. van Os, werkte ongeveer in dezelfde trant. Schilder van landschappen en dieren.Tentoonstellingen te Amsterdam, Rotterdam en Leeuwarden van 1859-1884: bont paardje bij een hoefsmederij; schel...

2024-04-29
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Boogaard

Hetzelfde als Boomgaard.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Boogaard

BOOGAARD, m. (-s), zie BOOMGAARD.

2024-04-29
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Boogaard

Boogaard, m. (-en), zie BOOMGAARD.