Wat is de betekenis van Boekentaal?

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Boekentaal

v. (...talen), (litteraire) schrijftaal; in ongunstige bet.: stijve, onnatuurlijke taal.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

boekentaal

v. (ong. onnatuurlijke boekachtige taal).

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

boekentaal

('boekən) v. stijve, onnatuurlijke, boekachtige taal.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Boekentaal

v./m. (-talen), (litteraire) schrijftaal; in ongunstige betekenis: stijve, onnatuurlijke taal.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Boekentaal

BOEKENTAAL, v. (...talen), schrijftaal, in tegenstelling met de levende volkstaal; ...TASCH, . (...tasschen), tasch waarin schoolkinderen hunne boeken dragen.

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten