Wat is de betekenis van Bloemgodin?

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bloemgodin

v., (myth.) Flora.

2025-07-15
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bloemgodin

v., myth.; zie Flora.

2025-07-15
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bloemgodin

('bloem) v. → Flora.

2025-07-15
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bloemgodin

v., mythologische godin van de bloemen en de lente: Flora.

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bloemgodin

BLOEMGODIN, v. (myth.) Flora; ...GRAS,o. sterrebloem, sterremuur, vogelsterrekruid; ...HEESTER, m. (-s), bloemdragende heester, sierheester; ...HOF, m. (...hoven), bloementuin.

2025-07-15
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Bloemgodin

Bloemgodin, v. gmv. (fab.) Flora. *...HOF, m. (...oven), bloemtuin. *...IG, bn. bebloemd, bloemrijk. *...IST, m. (-en), kweeker van -, handelaar in bloemen. *...ISTERIJ, v. (-en), bedrijf -, winkel van den bloemist. *...KATJE, (B. -N), o. (-s). *...KELK, m. (-en), kring van bloembladeren die zich als een kelk ontwikkelen. *...KEVER, m. (-s),...

Gerelateerde zoekopdrachten