Wat is de betekenis van bloedeloos?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bloedeloos

bloedeloos - Bijvoeglijk naamwoord 1. zonder bloed, zonder temperament Woordherkomst afgeleid van bloed met het invoegsel -e- met het achtervoegsel -loos Synoniemen kleurloos, saai, slap, gezapig, mat

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bloedeloos

bn., 1. (eig.) arm aan of zonder bloed: koude, bloedeloze vingers; 2. (fig.) slap, zonder veer of levenskracht of zonder hartstocht.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bloedeloos

bn. (geen of weinig bloed hebbende): bloedeloze dieren, b.v. insecten.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bloedeloos

(’bloedə) bn. (...loze) zonder of met weinig bloed : insekten zijn ...loze dieren; harde ...loze vingers.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bloedeloos

bn., 1. (eig.) arm aan of zonder bloed: koude, bloedeloze vingers; 2. (fig.) slap, zonder veer- of levenskracht of zonder hartstocht.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bloedeloos

BLOEDELOOS, bn. zonder bloed, met te weinig bloed; haar koude, bloedelooze vingers. BLOEDELOOSHEID, v. anaemie.

2024-04-27
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Bloedeloos

Bloedeloos, bn. de bloedelooze diertjes, de insekten.