Wat is de betekenis van BLIJA?

2024-04-29
Encyclopedie van het hedendaagse Friesland

Gerben Abma (1976)

BLIJA

(Fr. Blije) Dorp in het N.O. van Ferwerderadeel, waarvan het inwonertal tussen 1954 en 1974 met plm. 20 % is gedaald. Bevolking: (1954) 1228; (1959) 1184; (1964) 1103; (1969) 1028; (1974) 1065.

2024-04-29
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

BLIJA

(Fr.: Blije; de oude vorm Blitha wijst misschien op betekenis ‘dorp in het slib’). Dorp (1203 inw.) in N.O. van Ferwerderadeel. Buurschappen: Vaardeburen, Boteburen. Ned. herv. en twee geref. kerken. -> Klimaat.Zie: Leeuw. Cour. (21.3.1951); Algra, De Historie 1, 28-33. Blija buitendijks. Land, 100 ha in Ferwerderadeel, buiten de ze...

2024-04-29
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Blija

Blija - dorp van ruim 1 100 inw. in de Friesche gem. Ferwerderadeel, aan de spoorlijn LeeuwardenDokkum.

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Blija

Ned. dorp in de gemeente Ferwerderadeel.

2024-04-29
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Blija

Dorp in de gemeente Ferweradeel, Friesland; alhier zou in Friesland het eerst de vlasbouw ingevoerd zijn.