bijvrouw
(19e eeuw) (ook: bijwijf) (euf.) concubine, bijzit. Bekend waren de 'bijvrouwen' van de bijbelse aartsvaders (Abraham, Isaak en Jacob). Het woord komt meermaals voor in de Statenvertaling van de Bijbel. • „Haar eigenlijke moeder", vervolgt Bouman, „was een bijvrouw van de regent." (Anthropologica. Volu...