Wat is de betekenis van Bevoegdheid?

2023-12-11
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bevoegdheid

bevoegdheid - Zelfstandignaamwoord 1. het recht tot het uitoefenen van bepaalde handelingen Een bureaucraat op het WikiWoordenboek heeft de bevoegdheid om andere gebruikers moderator te maken. Door de noodtoestand heeft de president onbeperkte bevoegdheden...

2023-12-11
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bevoegdheid

bevoegdheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: be-voegd-heid 1. het recht om bepaalde dingen te mogen doen ♢ Ludwig heeft een bevoegdheid voor het geven van onderwijs Zelfstandig naamwoord: be-voegd-heid de bevoegdhe...


Direct alle 13 resultaten bekijken?

Start nu je gratis proefperiode!

2023-12-11
Bedrijfskunde Integraal

Peter Thuis & Rienk Stuive (2011)

bevoegdheid

Het recht om beslissingen te nemen die voor het uitvoeren van de taak nodig zijn.

2023-12-11
Organisatie en Management ABC

Jos Marcus & Nick van Dam (2007)

Bevoegdheid

Het recht om beslissingen te nemen, die voor het uitvoeren van een taak nodig zijn.

2023-12-11
Sport en beweging

Margreet Weide (2006)

Bevoegdheid

Recht tot het uitoefenen van bepaalde handelingen of tot het zelfstandig nemen van bepaalde beslissingen. Er zijn verschillende vormen van bevoegdheid, bijvoorbeeld: - adviesbevoegdheid: bevoegdheid om ten aanzien van belangrijke beslissingen de directie vrijblijvend te adviseren; - lijnbevoegdheid (hiërarchische bevoegdheid): bevoegdheid om b...

2023-12-11
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

bevoegdheid

- iets in zijn bevoegdheid hebben, bevoegd zijn voor iets, iets ressorteert onder hem.

2023-12-11
Management begrippenlijst

Drs. J. Heemstra & Drs. H.E. Wijnberg (1991)

Bevoegdheid

Een verzamelterm voor al datgene waartoe men gerechtigd is, het vermogen of de macht heeft om krachtens wet of regeling te handelen of handelingen c.q. rechtsgevolgen teweeg te brengen. Synoniem: competentie, recht. Door de bevoegdheid wordt macht uitgeoefend.

2023-12-11
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bevoegdheid

s., foech.

2023-12-11
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bevoegdheid

v. (...lieden), recht tot het uitoefenen van bepaalde handelingen: de bevoegdheden van de burgemeester; bevoegdheid tot geven van lager onderwijs erlangen; — hoedanigheid van tot oordelen enz. bekwaam te zijn: iemand van erkende bevoegdheid op dit terrein.

2023-12-11
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bevoegdheid

v. bevoegdheden (het bevoegd zijn; het recht zelf): de bevoegdheid tot het geven van onderwijs; met de bevoegdheid om.

2023-12-11
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bevoegdheid

v. (-heden), 1. recht tot het doen uitvoeren van bepaalde beslissingen en handelingen ; 2. bekwaamheid van oordelen. In de rechterlijke macht betekent bevoegdheid: door de wet verleend recht tot kennisneming en beslissing van bepaalde (categorieën van) zaken, te onderscheiden in burgerlijke zaken en strafzaken. Opdracht van rechtsmacht of bev...

2023-12-11
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bevoegdheid

Bevoegdheid, zie RECHTSBEVOEGDHEID.

2023-12-11
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Bevoegdheid

Bekwaamheid, geschiktheid; ook het volgens de wet of een aanstelling gerechtigd zijn.