Wat is de betekenis van beukennootje?

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

beukennootje

beukennootje - Zelfstandignaamwoord 1. (plantkunde) (voeding) Fagus sylvatica vrucht van de beuk beukennootje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord beukennoot Woordherkomst samenstelling van beuk en nootje met het invoegsel -en-

2024-04-30
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Beukennootje

o. (-s), vrucht van de beuk.

2024-04-30
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)