Wat is de betekenis van bestraffen?

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bestraffen

bestraffen - Werkwoord 1. (ov) straf uitdelen aan iemand De ondeugende jongen werd bestraft. Woordherkomst Afgeleid van straffen met het voorvoegsel be-

2024-04-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bestraffen

bestraffen - regelmatig werkwoord uitspraak: be-straf-fen 1. een vervelende maatregel opleggen omdat hij iets deed wat niet mocht ♢ hij werd bestraft door de meester Regelmatig werkwoord: be-straf-fen ik bestraf...

2024-04-28
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

bestraffen

bestraffen - Het opleggen van een straf.

2024-04-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bestraffen

v., bistraffe, biskrobje, ridderje, helpe.

2024-04-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bestraffen

(bestrafte, heeft bestraft), 1. iem. bestraffen, straf doen ondergaan, hem straffen; — oneig. beknorren, berispen, doorhalen: bestraffen voor, wegens; 2. het kwaad; de ondeugd bestraffen, de bedrijvers, de schuldigen, daarvoor straffen.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bestraffen

bestrafte, h. bestraft (1 iem. straf doen ondergaan; berispen; 2 wegens iets straf opleggen): 1. iem. voor, over, wegens iets bestraffen; een bestraffende blik; 2. het kwaad, de ondeugd bestraffen.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bestraffen

(bə'straffən) (bestrafte, heeft bestraft) 1. straf opleggen : iemand voor, wegens iets -. Tgst. →: belonen. 2. berispen : een -de blik.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bestraffen

(bestrafte, heeft bestraft), 1. iemand -, straf doen ondergaan; oneig. berispen: wegens, voor; 2. het kwaad bestraffen.