Wat is de betekenis van benul?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

benul

benul - Zelfstandignaamwoord 1. besef, begrip, idee Je moet wel enig benul hebben van wat je aan het doen bent.

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

benul

benul - zelfstandig naamwoord uitspraak: be-nul 1. het je ergens van bewust zijn ♢ hij heeft er geen benul van wie zijn vader is Zelfstandig naamwoord: be-nul het benul

2024-04-29
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

benul

begrip, besef, idee.

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Benul

s.n., binul (it), bilul (it), bisleur (it), bisef (it).

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Benul

o., (gemeenz.) besef, begrip: hij heeft er geen benul van, hij begrijpt er niets van, kan er niet over oordelen; slijtage van benul, seniele aftakeling.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

benul

o. (besef, begrip): geen benul hebben van iets, er niets van begrijpen; gmz.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

benul

(bə'nul) o. [Fries belui, bewustheid] Gemz. begrip : geen van iets hebben.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Benul

o., (gemeenz.) besef, begrip: hij heeft er geen benul van, hij begrijpt er niets van, kan er niet over oordelen; slijtage van benul, seniele aftakeling.