Wat is de betekenis van bemoeisels?

2025-07-17
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

bemoeisels

(19e eeuw) (inf.) zaken. Als berisping: 'bemoei je met je eigen bemoeisels!' • ‘Daar heb jij in allen gevalle jouw neus niet in te steken,’ riep de verbolgen keukenmaagd: ‘bemoei jij jou met jou eigen bemoeisels.’ (Jacob van Lennep: Klaasje Zevenster. 1866) • Betaal ik je niet? Vraag ik naar joul...

2025-07-17
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bemoeisels

o. mv.: zegsw. bemoei je met je eigen zaken, gmz.

2025-07-17
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

Gerelateerde zoekopdrachten