bekleed
bekleed - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekleden ♢ Ik bekleed 2. gebiedende wijs van bekleden ♢ bekleed! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekleden ♢ bekleed je 4...
Word nu vriend van Ensie!
Wiktionary (2019)
bekleed - Werkwoord 1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekleden ♢ Ik bekleed 2. gebiedende wijs van bekleden ♢ bekleed! 3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekleden ♢ bekleed je 4...
Getty Research Institute (1990)
bekleed - Het aanbrengen van vaste, zachte bekleding op meubels, vooral zit- en rustmeubelen. Verwees oorspronkelijk naar het aanbrengen van alle textiele bestanddelen van een kamer.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., 1. bekleed met, als kleding(stuk) dragende: met een toga bekleed ; slechts met een lendenschort bekleed; 2. (herald.) een bekleed schild, met een ruit bedekt.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
bn., 1. met, het genoemde kledingstuk) dragende: met een toga bekleed, slechts met een lendenschort -; (ook fig.) met gezag -; metaal, samengesteld materiaal dat uit meerdere aan elkaar verbonden metalen lagen bestaat; 2. (in de heraldiek) een bekleed schild, met een ruit bedekt.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: