Wat is de betekenis van bedrag?

2025-06-25
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-06-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-06-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bedrag

o., 1. beloop, hoegrootheid van een geldsom ; tot een bedrag van, ten bedrage van ; 2. (-en), geldsom : ik zal u dit bedrag per postwissel overmaken; er zijn grote bedragen voor uitgetrokken.

2025-06-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bedrag

bedrag - Zelfstandignaamwoord 1. som geld, geldsom Ik heb een aanzienlijk bedrag op mijn rekening staan.

2025-06-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bedrag

bedrag - zelfstandig naamwoord uitspraak: be-drag 1. een hoeveelheid geld ♢ ik kocht dit schilderij voor een bedrag van 200 euro Zelfstandig naamwoord: be-drag het bedrag de bedragen...

2025-06-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

bedrag

geldsom; waarde.

2025-06-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bedrag

s.n., bidrach (it); het is geen groot —, it is de hiele wrâld, alle wrâld net.

2025-06-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 17 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-06-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bedrag

o. bedragen (1 het beloop van een geldsom; 2 geldsom): 1. tot een bedrag, ten bedrage van; 2. het bedrag per postwissel sturen.