Wat is de betekenis van Bebouwen?

2024-04-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bebouwen

bebouwen - regelmatig werkwoord uitspraak: be-bou-wen 1. er huizen en gebouwen op plaatsen ♢ de gemeente wil deze strook grond laten bebouwen Regelmatig werkwoord: be-bou-wen ik bebouw j...

2024-04-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bebouwen

v., bibouwe, bisette.

2024-04-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Bebouwen

(bebouwde, heeft bebouwd), 1. (een terrein) met gebouwen bezetten ; 2. de gromt bebouwen, er landbouw op uitoefenen, de aarde omspitten, beploegen en er planten op kweken.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

bebouwen

bebouwde, h. bebouwd (de grond bewerken, inz. beploegen, bemesten enz.; een terrein met gebouwen bezetten).

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

bebouwen

(bə'bouwən) (bebouwde, heeft bebouwd) 1. er landbouw op uitoefenen : de grond -. Syn. bewerken. 2. met gebouwen bezetten : een terrein -. bebouwer m. (-s).

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bebouwen

(bebouwde, heeft bebouwd), 1. (een terrein) met gebouwen bezetten; 2. de grond bebouwen, er landbouw op uitoefenen, de aarde omspitten, beploegen en er planten op kweken.

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Bebouwen

BEBOUWEN, (bebouwde, heeft bebouwd), (een terrein) met gebouwen bezetten; — den grond bebouwen, de aarde omspitten, beploegen en er planten op kweeken.