backen
(werkwoord) [alg.] ondersteunen, steunen - Neem het risico maar. Wat er ook gebeurt, ik steun je!
Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)
(werkwoord) [alg.] ondersteunen, steunen - Neem het risico maar. Wat er ook gebeurt, ik steun je!
Wiktionary (2019)
backen - Werkwoord 1. (ov) steunen 2. (ov) (muziek) (iemand) instrumentaal of vocaal begeleiden Woordherkomst afgeleid van (het Engelse) back (rug) met het achtervoegsel -en
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Eng. to back] 1 achter iem. staan, hem steun verlenen, hem 'dekken'; 2 (sp) als back, achterspeler spelen.
J. van Donselaar (1936)
(backte, heeft gebackt), (uitspr. bekken), steunen, staan achter. Als jij dat voorstel op die vergadering indient, zal ik je backen. Etym.: Van E to back = o.m. id.
Dr. H. W. J. Kroes (1951)
1. springschans (ski); wang, koon (zie Backe). 2. backen, (buk, backte; gebacken), bakken; pakken (v. sneeuw); vriezen; backen bleiben, blijven zitten (op school).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: