Wat is de betekenis van Applaus?

2024-04-30
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

applaus

applaus - Zelfstandignaamwoord 1. geklap in de handen als teken van goedkeuring of bewondering Hij werd met een daverend applaus ontvangen. Woordherkomst uit het Latijn

2024-04-30
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

applaus

applaus - zelfstandig naamwoord uitspraak: ap-plaus 1. het in de handen klappen als beloning voor een optreden ♢ er klonk een daverend applaus na de voorstelling Zelfstandig naamwoord: ap-plaus het applaus ...

2024-04-30
Lexicon voor de kunstvakken

Wouter van Boesschoten, Wieneke van Breukelen, Ton Konings m.m.v Henriette Coppens, Eefje Lonis, Jos van Waterschoot & Simon Wienke (2002)

applaus

Een applaus is een uiting van bijval van het publiek na of ook tijdens een voorstelling d.m.v. handgeklap of toejuiching.

2024-04-30
Begrippenlijst drama

Nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling (2001)

Applaus

Lat: applaudare = applaudisseren, in de handen klappen, toejuichen als teken van bewondering, goedkeuring, bijval, instemming (→) In de handen klappen. Handgeklap, toejuiching.

2024-04-30
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Applaus

handgeklap

2024-04-30
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Applaus

bijval, handgeklap.

2024-04-30
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Applaus

(<Lat.), o., g. mv., toejuiching, handgeklap (voetgestamp) als teken van goedkeuring of bewondering : de motie werd met applaus begroet; een daverend applaus ; een warm en welverdiend applaus.

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

applaus

o. toejuiching, handgeklap.