Wat is de betekenis van appelspijs?

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Appelspijs

v., (Zuidn.) appelmoes.

2025-07-16
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

appelspijs

appelspijs - Zelfstandignaamwoord 1. (voeding) een moes van gekookte appels Woordherkomst samenstelling van appel en spijs Synoniemen appelmoes

2025-07-16
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

appelspijs

appelmoes Ik moet ook nog vermelden dat het stoofvlees met puree en appelspijs lekker was en bovendien nog een economische steun aan de plaatselijke fruittelers die financieel lijden onder de Russische boycot. (Jean-Pierre Nyns, Het Belang van Limburg) Geen Algmeen Nederlands Gangbaarheid: 1 Vlaamsheid: 3

2025-07-16
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

appelspijs

(de) appelmoes. De spijskaart bevat niet zoveel kwantiteit, maar vooral kwaliteit: pensen met appelspijs en spek met eieren kosten elk 4 euro. - LN, 26-07-2002.

2025-07-16
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

appelspijs

Appelmoes. Toen alles omtrent klaar stond, Hollandse kaas, eierkoek en appelspijs, kwam Charlot... zuchtend binnen, TIMMERMANS 1966, 150.

2025-07-16
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

appelspijs

v. (Z.-N. appelmoes).

2025-07-16
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

appelspijs

v. appelmoes.

2025-07-16
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

APPELSPIJS

v. (Zuidn.) appelmoes.