Wat is de betekenis van apin?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

apin

vrouwtjesaap. vrouwelijke aap; vrouwtjesaap. Voorbeelden: Negen dergelijke cellen werden bij apinnen ingeplant, wat drie zwangerschappen en twee geboortes opleverde. De Standaard, 1997 Daarom werd het effect van "moederlijke mobiliteit" onderzocht door apinnen direct na de geboorte van hun jongen te beperken tot een...

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

apin

apin - Zelfstandignaamwoord 1. (zoogdieren) vrouwelijke aap De meeste apinnen zorgen goed voor hun kinderen. Woordherkomst Nederlands

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Apin

v. (-nen), 1. vrouwelijke aap; 2. naäapster.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

apin

v. apinnen (wijfjesaap).

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

apin

(a'pin) v. (-nen) 1. Eig. wijfjesaap. 2. Metf. naäapster.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

APIN

v. (-nen), vrouwelijke aap: naäapster.

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal

I.M. Calisch (1864)

Apin

Apin, v. (-nen), wijfje van eenen aap.